Wonen bij tante op de zolderkamer

Vanwege de woningnood in de hoofdstad viel het niet mee om, eenmaal weg uit Amsterdam, weer terug te keren. Dat ondervonden in de jaren zestig ook de ouders van Anita Henger. Anita vertelt.

Anita Henger en haar broertje in Amsterdam

Anita Henger en haar broertje in de Van Speijkstraat te Amsterdam (bron Anita Henger).

Alle rechten voorbehouden

Ik ben geboren in de Grote Wittenburgerstraat [Oostelijke Eilanden en Kadijken], maar daar ben ik niet opgegroeid. Ik was twee toen we naar Oud-West verhuisden. Het was een hele kleine zolderkamer bij mijn tante. Mijn ouders zijn vanuit België weer terug naar Amsterdam verhuisd met mijn zus. Die is daar geboren. Mijn vader is Amsterdammer, mijn moeder is een Roosendaalse, een Brabantse. Mijn vader werkte in België. Vandaar dat ze daar een tijd gewoond hebben. Mijn vader had heimwee en ging dus terug naar Amsterdam.

Toen werd ik geboren en het werd wel erg knap. Er was wel woningnood in die tijd. Dus wij zaten bij mijn tante op de zolderkamer met zijn vieren, achter het gordijntje, slapen, keuken alles in één. Ja, dat was het eigenlijk, totdat ik twee was. Mijn zus was inmiddels vijf. We schelen drie jaar. Toen konden we een woning krijgen, een vierkamerwoning in Amsterdam-West. Dat was voor die tijd natuurlijk grote luxe. Daar ben ik opgegroeid. Daar is mijn broertje geboren, drie jaar later in de Van Speijkstraat. Daar zijn we met zijn vijven opgegroeid. Totdat ik 21 was en naar Almere vertrok.

Bron: Batavialand te Lelystad, Project Nederlanders – Wereldburgers, interview met Anita Henger en Saskia Schuring op 26 november 2012 te Almere Buiten.

Alle rechten voorbehouden