Ik heb over deze dijk eerder in Flevolands Geheugen geschreven. Mijn moeder had mij verteld over het beeldje van Hans Brinker in Spaarndam. Het verhaal was dat hij door zijn vinger in een gat in een dijk te steken een overstroming had voorkomen. Het moet ergens in 2013 zijn geweest dat iemand mij vertelde dat het jongetje die zijn vinger in de dijk stak helemaal geen Hans Brinker heette. Ik dacht toen, “wat krijgen we nou”, en ben gaan uitzoeken hoe het zat. Daarmee ben ik zo’n vier jaar bezig geweest, want er bleken zeer veel en zeer verschillende verhalen te bestaan.
Het nodige zoeken op websites, in bibliotheken en in archieven leverde zeer veel en bovendien ook nogal voor mij verrassende en uiteenlopende informatie op. Op basis hiervan vond ik na verloop van tijd in min of meer chronologische volgorde de ontwikkeling van het verhaal dat wereldwijd bekend is. Het verhaal heeft geleid tot een enorme hoeveelheid boeken en andere vormen van informatieoverdracht.
Het verhaal met de verschillende varianten daarop is in essentie als volgt. Een jongetje loopt in de avond langs de Spaarndammerdijk om (panne)koeken naar een blinde oude man te brengen. Op de terugweg hoort hij water uit een sluisdeur/dijk/gespleten steen sijpelen. Hij steekt zijn vinger in het gat om het water te stoppen. Pas de volgende ochtend wordt hij ontdekt en wordt het gat definitief gedicht. Hij heeft een overstromingsramp voorkomen.
Het oorspronkelijke verhaal werd vooral toegeschreven aan de Amerikaanse kinderboekenschrijfster Mary Mapes Dodge. Het stond in het boek Hans Brinker and the silver skates, waarvan de eerste druk in 1866 is verschenen. Hier steekt het jongetje, dat inderdaad niet Hans Brinker heette, zijn vinger in de Slaperdijk. Ik vond echter dat vrijwel hetzelfde verhaal al eerder in het Frans was gepubliceerd door Rébecca Eugénie Rodriguès-Henriques. Onder de pseudoniem Eugénie Foa had zij het in 1848 gepubliceerd in een boek met verschillende verhalen van haar hand onder de titel Les soirées du vieux chateau. De titel van het oorspronkelijke verhaal is Le petit éclusier. In het verhaal schrijft ze dat ze het heeft gehoord van een geestelijke - c'est monsieur l'abbé qui me l'a appris. In dit verhaal wordt gesproken van een gat in het hout van een sluisdeur waardoor water stroomde - fissure dans le bois, et à travers cette fissure, l'eau qui coulait.
Het verhaal, of varianten daarop zijn in tenminste dertig talen uitgebracht. Tevens zijn er films, video's, Dvd's, animaties, toneelstukken, muziekpartituren, en standbeelden van en over het jongetje gemaakt. Drie standbeelden staan in Nederland en wel in Spaarndam, Harlingen en bij de ingang van Madurodam. Ook is er een beeld in Holland, Michigan, Verenigde Staten. Hier wordt het jongetje Pieter genoemd. In Madurodam is er een stuk dijk met spuitjes die water uit verschillende gaten in de dijk voorstellen, waarbij je zo veel mogelijk spuitjes moet zien dicht te houden.
Er zijn Hans Brinker-musea geweest in Alkmaar, Schermerhorn en in het Kameleondorp in Terherne, Friesland, maar alle drie zijn ze inmiddels gesloten. Ook is er een Holland fietsroute (98 km), die langs het beeldje in Spaarndam leidt, en een andere fietsroute die Hans Brinker Spaarndam Tour wordt genoemd. In Amsterdam kon je bij een rederij een Hans Brinker dagtocht boeken die na een bezoek aan het beeldje in Spaarndam besloot met een Hans Brinker-likeurtje. Ook is er in Amsterdam het Hans Brinker hotel.
Mijn zoektocht heeft uiteindelijk geresulteerd in een artikel in het blad Waterstaatsgeschiedenis – 26e jaargang nr. 1, 2017 - onder de titel: 'Het verhaal van Hans Brinker. Was het wel zijn vinger? Was het wel een dijk?' en een overeenkomstig verhaal in het Engels in het blad Water History – Volume 11, no. 3&4, 2019 - onder de titel: 'The story of the Dutch boy who prevented a flooding disaster: origin and variations on the theme'.
In Batavialand is een tijdelijke tentoonstelling geweest waarin de verschillende publicaties en andere objecten zijn tentoongesteld. Verschillende daarvan waren beschikbaar gesteld door de heer Hedman Bijlsma, die verzamelaar is van Hans Brinker publicaties en objecten. Ik heb er veel plezier aan beleefd.
Enkele jaren na de publicatie van mijn artikel verscheen in Waterstaatsgeschiedenis – 29e jaargang, nr. 1, 2021 - een artikel door Peter van der Krogt onder de titel 'De Held van Haarlem gevonden'. Hierin staan drie oudere vermeldingen van min of meer hetzelfde verhaal, waarvan de eerste dateert uit 1821. Zo zie je maar. Ik was door de verwijzing naar de geestelijke op het verkeerde been gezet en er zijn dus nog oudere verhalen.
Een kleine waterbouwkundige opmerking ter afsluiting. Als er kwelwater door een dijk stroomt is het gat aan de binnenkant eigenlijk niet te dichten. Er moet aan de binnenkant water worden opgezet om tegendruk te bieden, of het moet worden gedicht aan de waterkant waar de overdruk vandaan komt.