Ik ben een keer in een gezin geweest en daar was net geslacht. Dat was op 1 februari 1953, net in die ramp. Die hadden net geslacht en toen begon zij met de weeën. En daar stond die hele slacht. ’s Nachts kwam die stormramp en in het kamertje waar zij sliep was het glas er uit gewaaid. Dus ik kwam daar ’s morgens, o, verschrikkelijk zeg, allemaal glas. En die man zegt:
"Ja, en we hebben ook nog geslacht. Dat moet allemaal nog weggewerkt worden."
Maar ik moest eerst zien dat ik dat bed waar ze op lag, glasvrij kreeg en dat ledikantje. Want ze mankeerde niets, dat was een wonder. Echt waar, dat baby’tje dat daar lag, had allemaal glas op het dekentje en het mankeerde niets. Een wonder.