Adviescommissie Almere en Algemene Partij Almere

1 geïnteresseerde

Irene Visser-Thiry, die in 1976 naar Almere-Haven verhuisde, was lid van de Adviescommissie van het openbaar lichaam ZIJP. Zij vertelt:

almere haven

Bouwterrein in Almere Haven, januari 1976 (foto Rob Mieremet, Nationaal Archief/Anefo, Public Domain).

Na ongeveer een jaar is de Adviescommissie Almere ontstaan. Deze commissie behandelde de zaken met de landdrost en zat dus tussen het Dagelijks Adviescollege en de raad van het openbaar lichaam in Lelystad in. Ik ben in die commissie terechtgekomen doordat de verkiezingen op persoonlijke titel werden gehouden. Lammers had dit bedacht, want er waren op dat moment nog geen politieke partijen. Tot mijn grote verbazing werd ik voorgedragen door bakker Van Duin. Zo kwam ik op de lijst van te kiezen kandidaten terecht!

We verdiepten ons in alle plannen en ideeën die men had om Almere gestalte te geven. De Adviescommissie had een soort raad achter zich: de Raad van Overleg. De Raad van Overleg werd iedere keer groter als er weer een buurt bijkwam. Dan moest er iemand uit die buurt komen. De leden van de Raad van Overleg mochten bij ons zaken aanzwengelen en wij brachten die zaak op de agenda. En zo gingen wij gewapend met wat wij van de achterban hadden meegekregen en ons eigen gezonde verstand aan de slag. De vergaderingen van de Raad van Overleg vonden plaats in De Bijenkorf, de school van Joop Kuys. De Adviescommissie vergaderde in het toenmalige het stadhuis, De Hulk.

Naar aanleiding van het feit dat er maar drie partijen meededen aan de verkiezingen voor de Adviesraad in Almere (Partij van de Arbeid, CPN en CDA) hebben wij alles wat nog niet opgericht was en toch aan politiek wilde doen, verzameld in een Algemene Partij Almere. Daar ben ik lijsttrekker van geworden van de Algemene Partij Almere en kwam in een compleet Partij van de Arbeidcollege terecht. Wij hadden van te voren wel afgesproken dat - als bij de volgende verkiezingen al die partijen er zouden zijn - wij ons zouden opheffen. Dus na twee jaar hebben wij ons opgeheven. De verkiezingen gingen om de twee jaar, vanwege de enorme groei. En die enorme groei als je honderd naar driehonderd gaat, heb je al een groei van 300%.

Uit de Algemene Partij Almere kwam toen voort: VVD, D66 en PSP. Dat was mijn achterban. Toen ik daar aan meedeed was ik op dat moment het enige lid van de PPR in Almere, dus daar kon ik niets mee beginnen. De PPR is later opgericht. Dus bij de volgende verkiezingen bestond de Algemene Partij Almere niet meer. En waren er zes partijen waaruit je kon kiezen. Na twee jaar collegelid zijnde met een enorme portefeuille moet ik zeggen.

Bron: Batavialand te Lelystad, Project Cultureel Flevoland, Interview met Irene Visser-Thiry, 11 juli 2005.

Alle rechten voorbehouden