Meneer en mevrouw Van Panthaleon van Eck, burgemeesterechtpaar in de Noordoostpolder

1 geïnteresseerde

Job Leber vertelt:

burgemeester van Panthaleon

Burgemeester F.M. van Panthaleon baron van Eck (links vooraan in de stoet) bij zijn intrede in de gemeente Noordoostpolder, 1962 (Batavialand, collectie Jacques van de Noort).

Alle rechten voorbehouden

Mevrouw Van Panthaleon van Eck had een kenneltje chichu’s [mopshonden]. Wij hadden ook een chichu en op een keer vroeg zij aan mijn vrouw:

"Mevrouw Leber, ik heb zo gedacht. U heeft een teefje, hè?"

"Ja," zei mijn vrouw.

"En het is een rashondje heb ik gezien. Mag ik wel eens de stamboom zien?"

"Ja hoor, dat mag u zien."

"Goed, oké. Wij hebben besloten - mijn man en ik - dat moet maar eens een keer samen. Wij hebben een reutje. Nou, dus, als het zover is, dan moet u haar maar brengen en dan komt dat vanzelf goed! En in de tussentijd maken we alvast alles klaar, u moet kopen dit en u moet kopen dat en dat zetten we allemaal in de kamer in een hoekje neer. Tegen die tijd als het ver is dan brengt u dat hondje, als hij loops is, dan komt dat gegarandeerd goed."

Vooruit … wie zijn wij?! Het is tenslotte de vrouw van de burgemeester! Dus hebben we dat maar gedaan. Het hondje werd loops en we hebben het daar naar toegebracht. De hondjes werden bij elkaar gelaten. De burgemeester - ook half gek - die ging er ’s nachts bijzitten, want overdag gebeurde er niets, misschien ’s nachts als ze bij elkaar waren. Hij hield dus de wacht, want hij moest tenslotte wel zien dat die hondjes wat met elkaar deden. Maar het was raak! Mooi! We kregen ons hondje terug en zij stond elke dag op de stoep of het wel goed ging. Maar er gebeurde alleen niets! Er kwamen helemaal geen puppies! Nou, dat kon volgens haar niet gelegen hebben aan hun reu. Dat hondje van ons deugde dus niet! Zie daar de ervaring met mevrouw Panthaleon.

Bron: Batavialand te Lelystad, Audiovisueel Archief, Interview met Job Leber, 11 maart 2008.

Alle rechten voorbehouden

Media