In de beginjaren toen we er woonden waren er in de herfst ontzettend veel paddenstoelen, allemaal inktzwammen. Er kwam een paddenstoelenhandelaar langs. Ik dacht: “Wat moeten ze toch allemaal met die inktzwammen?” Ze hadden mij altijd verteld dat die giftig waren. Maar die paddenstoelenhandelaar kwam kistjes vol paddenstoelen plukken. Achteraf begrepen we dat hij ze alleen maar plukte als ze met het kopje boven de grond kwamen. Die kun je prima eten. Het stond er vol mee langs de berm.
Later kwam ook de paardenbloem. Het is nu weer helemaal geel van de paardenbloemen. Maar toch is het minder geworden. Het is niet meer zo geel als vroeger. Met het riet viel het bij ons wel mee. Dat stuk bij ons was zand; wij woonden op een zandplaat. Er is wel klei opgebracht, maar het was een zandplaat, als ik me niet vergis. Alles moest geheid worden en ons huis was niet geheid.