Waterbeheerplanning voor Cotabato City

De Filipijnse stad Cotabato City ligt op het eiland Mindanao. De stad is gelegen in de delta van de Rio Grande de Mindanao, en wel tussen deze rivier en een zijtak ervan, de Tamontaka. In de stad is het bestuur voor Regio XII en voor de Autonome Regio Moslim Mindanao gevestigd. Door haar strategische ligging fungeert de stad als een belangrijk handelscentrum. In 1990 waren er 127.000 inwoners en volgens de toenmalige prognoses zouden er in 2000 192.500 inwoners zijn. In 2015 waren er inmiddels 300.000 inwoners, dus de stad groeit gestaag door.

Stadswater in Cotabato stad

Stadswater in Cotabato City.

Alle rechten voorbehouden

De stad, die zo’n zes kilometer van de kust ligt, had nogal te lijden van wateroverlast en overstromingen. Dit kon worden veroorzaakt doordat de getijden vanuit de zee doordrongen in de rivieren, waardoor twee keer per dag hoog- en laagwater ontstond. Sommige lage plekken in de stad en in de hele delta stonden dagelijks of tweemaal per maand bij springvloed onder water. Tijdens natte perioden kon de overstroming als gevolg van hoge rivierafvoeren groter zijn.

In andere delen van de stad kwamen regelmatig overstromingen voor, die voornamelijk werden veroorzaakt doordat het stedelijke afwateringsysteem niet toereikend was om overtollig water tijdens zware regenval af te voeren. Het probleem werd nog verergerd door het dumpen van vast afval in de kanalen, verstopping, en ongecontroleerde groei van woonwijken en sloppenwijken. De rivieren en kreken dienden als natuurlijke afvoer voor het stedelijke afwateringsysteem. Om de benodigde verbeteringen in kaart te brengen werd gewerkt aan een masterplan voor het waterbeheer van de stad.

Op verzoek van de burgemeester aan ons Ministerie van Verkeer en Waterstaat heb ik samen met een collega van Rijkswaterstaat in januari 1994 een bezoek aan de stad gebracht om de situatie te bekijken en aanbevelingen te doen in verband met het op te stellen masterplan. We zijn uitstekend ontvangen en rondgeleid naar alle relevante punten. We hebben over het gebied gevlogen en zijn over de rivier en langs de kust gevaren. Hierbij hadden we voortdurend begeleiding, omdat we als buitenlanders kennelijk nogal wat risico konden lopen.

Grote vraag was wat de oorzaak van de wateroverlast en de overstromingen op de verschillende plaatsen was. Om hierin inzicht te krijgen vroegen wij om hoogtegegevens. Deze waren eigenlijk niet goed voorhanden en niemand wist hoe we daar aan konden komen. Wel was er een globale kaart, maar wat de hoogten die daarop stonden ten opzichte van gemiddeld zeeniveau betekenden was niet erg duidelijk. Uiteindelijk vonden we een oude man die in de zestiger jaren had meegewerkt aan hoogtemetingen door de Amerikanen. Hij kon ons vertellen hoe het precies zat en dat heeft ons zeer geholpen.

In de rivier- en het estuarium was sprake van aanzienlijke waterverontreiniging. Water-gerelateerde ziekten kwamen dan ook veel voor. Dit werd vooral veroorzaakt doordat er eigenlijk geen rioleringssysteem was. Wel waren er plannen voor de aanpak van de riolering en was de stad als een van de vijf steden in de Filipijnen geselecteerd waar riolering zou worden aangelegd met een lening van de Wereldbank. De drinkwatervoorziening was beter, maar liet op verschillende plaatsen ook te wensen over.

Het was de bedoeling dat Cotabato City verder zou groeien en haar status als regionaal handelscentrum zou vergroten, wat gezien de bovengenoemde bevolkingstoename ook is gelukt. Er was ook een Nieuwe Stad in de delta geprojecteerd, die via een 4 kilometer lange toegangsweg met de stad zou worden verbonden.

Bovenstaande betekende dat het stadsbestuur werd geconfronteerd met problemen door de ligging van de stad in de overstroombare delta en de afval- en afvalwaterproductie in de stad zelf, terwijl de stad snel groeide. In verband hiermee was het van belang om de stedelijke afwatering en het overstromingsbeheer, de drinkwatervoorziening, de riolering, en de inzameling en verwijdering van vast afval te benaderen als één samenhangend pakket in het kader van de stadsontwikkelingsplanning. Het verdiende daarom ook aanbeveling om het in voorbereiding zijnde masterplan voor het waterbeheer te integreren in het stedenbouwkundig masterplan. Een dergelijk plan was van groot belang, aangezien de kosten van stedelijke afwatering en overstromingsbeheersing een substantieel deel zouden uitmaken van de totale ontwikkelingskosten van het gebied. Goede afwatering en overstromingsbeheer van stedelijke bebouwing en kostbare locaties zou bepalend zijn voor een succesvolle economische groei.

Daarom was het allereerst noodzakelijk om een gedetailleerd inzicht te hebben in de geografische situatie, inclusief alle relevante aspecten zoals verhogingen van de wegen, bebouwing en verhardingen, depressies, afvoeren, etc. Om dit inzicht te verkrijgen hebben we aanbevolen om een Geografisch Informatie Systeem (GIS) - dat toen nog in de kinderschoenen stond - aan te schaffen en personeel op te leiden om met een dergelijk systeem te werken. Voor de ontwikkeling van een laaglandgebied is een dergelijk systeem inmiddels eigenlijk onmisbaar.

Op basis van onze bevindingen hebben we aan het eind van ons bezoek aan de burgemeester en zijn medewerkers onze conclusies en aanbevelingen gepresenteerd en later in een rapport vastgelegd. Sommige konden direct worden gerealiseerd als het stadsbestuur ze passend achtte, de meeste andere konden aandachtspunten zijn in het masterplan voor het waterbeheer, of in het stedenbouwkundig masterplan.

Zoals gezegd konden overstromingen worden veroorzaakt door de getijden, door een combinatie van getijden en een grote rivierafvoer, of door regenval. In de eerste twee gevallen was het maaiveld in de regel relatief hoog boven gemiddeld zeeniveau, maar niet hoog genoeg om extreem hoge waterstanden te weerstaan. Hier was een voor de hand liggende oplossing om een dijk langs de rivier te maken. Om de afvoer van regenwater uit het beschermde gebied te garanderen, waren dan verbetering van de bestaande of aanleg van nieuwe waterlopen en bergingsvijvers nodig. Waar de waterlopen de wegen kruisten, moesten goede duikers, of bruggen aanwezig zijn. Waar waterlopen de dijken zouden kruisen moesten klepduikers worden aangelegd om instroom van water van buitenaf te voorkomen.

In geval van wateroverlast door regenval was de beperkte afvoer van overtollig water naar de rivieren het probleem. De veelvuldige overstromingen in de stad werden vooral hierdoor veroorzaakt. Verbetering van het waterafvoersysteem was daarom op verschillende plaatsen noodzakelijk. In sommige gevallen was de afwateringssituatie zo slecht dat zelfs na lange droge periodes het overtollig water niet naar de rivier kon worden afgevoerd. In die gevallen waren er in principe drie oplossingen, namelijk: waterafvoer door bemaling, het gebied ophogen tot een niveau ruim boven het verwachte maximale hoogwater, of het gebied een bijzondere functie geven, zoals een stadspark met vijver.

Voor wat betreft de wegen die de Nieuwe Stad met Cotabato City zouden verbinden was een zorgvuldige planning van de situering vereist, omdat deze wegen ook plaatselijk als dijk zouden kunnen fungeren. Om erosie-, sedimentatie- en vervuilingsproblemen te voorkomen, was het nodig dat de wegen het systeem van waterlopen zo min mogelijk zouden beïnvloeden. Een goede fasering van de aanleg van het wegennet kon worden verkregen door bijvoorbeeld eerst het bovenstroomse deel van de delta te ontwikkelen. Men kon zo dan een groot deel van de overstromingen snel onder controle krijgen.

Het maaiveld ter plaatse van de nieuw te bouwen stad in de delta lag zo dicht bij de gemiddelde lage waterstanden dat waterafvoer via natuurlijk verval technisch niet haalbaar zou zijn. Mede gezien het risico voor tsunami’s hebben we aanbevolen om het gebied integraal op te hogen. Een polder leek ons te riskant.

Enige jaren voor ons bezoek was de Rio Grande de Mindanao, die van de stad tot de zee door de kustvlakte meanderde, rechtgetrokken, wat voor de stad duidelijk tot minder overstromingen had geleid. Men had nu het plan om de Rio Grande de Mindanao ook bovenstrooms van de stad verder tot zo’n 50 kilometers landinwaarts uit te baggeren. Met enige trots presenteerde de burgemeester ons het plan. We vertelden hem dat dit zeer riskant voor zijn stad zou zijn, omdat het water dan versneld naar beneden zou komen en waarschijnlijk onvoldoende verder naar de zee kon worden afgevoerd. Verbaasd keek hij ons aan, maar hij begreep het meteen. Hij zei:

"Ik heb dit plan wel met veertig ingenieurs besproken, en niemand heeft mij hierop gewezen, maar jullie hebben gelijk."

 

Alle rechten voorbehouden

Media