“We zijn gewoon maar begonnen”

Het Verliesregister was een monsterklus

In 2008 publiceerde de Studiegroep Luchtoorlog 1939-1945 een Verliesregister, een overzicht van alle vliegtuigen die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederland en zijn wateren verloren zijn gegaan. Dit was een monsterklus, aldus Ivo de Jong, voorzitter van de Studiegroep.

Operation_Market_I_-_02

Tijdens Operatie Market Garden werden Short Stirlings ingezet voor het voortslepen van zweefvliegtuigen en het vervoer van paratroepers. Op de foto maken troepen zich klaar om aan boord van Stirlings te stappen (By Bridge B (Fg Off), Royal Air Force official photographer - CL 1154, Collections Imperial War Museums., Public Domain, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=1913225).

Dat Verliesregister was natuurlijk een lang gekoesterde wens. In 1975 kwamen de eerste leden van de Studiegroep bij elkaar. Dat groepje is langzaam uitgebreid. Je zag natuurlijk al vrij snel dat iedereen zei:

“We moeten eens een overzicht maken van alle toestellen die er ooit in Nederland zijn neergekomen.”

Aan die monsterklus zijn we rond 2000 begonnen, onder het motto: “We moeten gewoon maar beginnen.” We hebben aan de voorkant de spelregels gemaakt, onder meer over de vraag: “wat is een verlies?” Welke toestellen neem je nu wel mee en welke neem je niet mee? We hebben bijvoorbeeld een hele discussie gehad over zweefvliegtuigen. Neem je die wel mee of niet? Bijvoorbeeld de zweefvliegtuigen uit Market Garden; daar is dan van gezegd:

“Nee, want die waren specifiek bedoeld om een enkele reis te maken.”

Zo hebben we een aantal spelregels met elkaar gemaakt, bijvoorbeeld ook over de Noordzee en de Waddenzee.

Toen zijn we gewoon begonnen. We hebben een soort basislijst gemaakt met wat we op dat moment al wisten. Frans Auwerda nam het voortouw. Hij heeft in ons Bulletin in elk nummer een moederlijst gepubliceerd. Hij heeft elk toestel een eigen nummer gegeven, een T-nummer. Het was de T van ‘tijdelijk’, zoals we toen nog dachten. We zijn gewoon met de T 001 begonnen. Dat was, voor zover wij wisten, het eerste toestel dat ergens in september 1939 in Nederland verloren is gegaan, en we zijn bij T 5.000-en-een-beetje geëindigd, in mei ’45. Daar kwamen natuurlijk heel wat reacties op. Dat varieerde van:

“Daar staat wel een toestel maar dat hoort er helemaal niet in, want die is daar helemaal niet neergekomen; dat is een broodje aap-verhaal.”

Als er voldoende bewijs voor was, werd dat nummer geschrapt. Maar er kwamen ook heel wat toestellen bij, zo van:

“Hé, die staat niet op de lijst, maar we weten dat daar een toestel is neergekomen. We weten alleen nog niet welk.”

Zo is dus de lijst samengesteld, en uiteindelijk in 2008 hebben we het Verliesregister gepubliceerd in een eenmalige hard copy. We hebben gezegd:

“Die lijst is nooit af. Het is een levend document.”

Dus moet het Verliesregister ook op internet, want dat was inmiddels up and running. Op de dag dat de hard copy gedrukt werd, was hij al achterhaald. Want ja, er komen eigenlijk nog steeds toestellen bij, en er gaan ook toestellen van de lijst af. Daarnaast komen er steeds meer details beschikbaar. 

Bron: Erfgoedpark Batavialand te Lelystad, Project Short Stirling, Interview met Ivo de Jong, 18 januari 2021.

Het Verliesregister van de Studiegroep Luchtoorlog kan worden geraadpleegd via: https://www.verliesregister.studiegroepluchtoorlog.nl

Alle rechten voorbehouden