Toon de Wit bedankt Giel van Zuylen

Bij de presentatie van het boek Wanneer de polder vonken slaat

Door: Flevoland - land van mensenhand

Giel van Zuylen is al zestig jaar bevriend met Toon de Wit en verbleef onder meer met hem in kamp Nagele. Hij was Toons steun en toeverlaat in de Noordoostpolder.

Toon de Wit in Kamp Nagele

Toon de Wit met enkele kamergenoten uit kamp Nagele. Van links naar rechts (zittend) onbekend, Harm Poker, Toon de Wit, en (liggend) Giel van Zuylen, Willem Woning en Jan Kuiper. Op de achtergrond is de kampkeuken zichtbaar (privécollectie Toon de Wit)

Alle rechten voorbehouden

Bij de presentatie van het boek Wanneer de polder vonken slaat op 16 december 2011 richtte auteur Toon de Wit zich tot Giel van Zuylen met de volgende woorden:


"Giel het was afgelopen 20 augustus zestig jaar geleden dat wij elkaar ontmoetten in kamp Espelerbocht bij de keuring. Met zes man gingen we toen in de vrachtauto naar kamp Nagele. We moesten twee aan twee op kamers en jij zei: 'Zullen we maar?' Dat was het begin van het tijdperk Van Zuylen-De Wit. Samen op de kamer. Samen op het bedrijf, vaak samengewerkt. Om de veertien dagen waren we de weekenden in het kamp. Die oorverdovende stilte. Dat was de tijd dat we steeds meer naar elkaar toegroeiden. Giel, zonder jou had ik het in kamp Nagele niet uitgehouden. Ook jij wilde een bedrijf in de polder. Na zes keer inschrijven heb je het opgegeven en bent doorgegaan bij de Directie van de Wieringermeer (Noordoostpolderwerken). Het is bijzonder dat we nu na zestig jaren nog steeds met onze vrouwen regelmatig bij elkaar komen en in de zomer samen fietsen. Giel, bedankt voor wat jij voor mij in die tijd hebt betekend."

Alle rechten voorbehouden