Onvolkomenheden in de samenleving?

De beginjaren van Dronten

In de begindagen van Oostelijk Flevoland waren de voorzieningen er beperkt. Toch was het voor diverse groepen een aantrekkelijk gebied om in te wonen. Wim Revet legt uit:

Weekmarkt Meerpaal

Weekmarkt in de Meerpaal in Dronten, 1970 (foto J.U. Potuyt, collectie RIJP).

Alle rechten voorbehouden

Er waren natuurlijk een heleboel mensen, zelfs uit Amsterdam, die daar geen woning konden krijgen en hier wel een woning konden krijgen. Vergeet niet, de benzine was toen nog goedkoop en de huren waren hier laag. De huren waren bewust laag, omdat die op landarbeiders waren afgestemd. De eerste jaren was er ook nog een huurtoeslag, in verband met “onvolkomenheden van de samenleving”. Dus als de huur bijvoorbeeld honderd gulden per maand was, werd het 75 gulden. Dus er ging een toeslag af van 25 gulden wegens “onvolkomenheden in de samenleving”, en die werd naar ik meen met twee gulden per jaar afgebroken. De huren waren een stuk lager dan in Amsterdam. Daar kon je wel van heen en weer reizen. Het was toen nog niet zo druk.

Verder waren er hier mensen die eigenlijk in Lelystad hadden moeten wonen, maar daar was nog niets. Dus die kwamen in Swifterbant te wonen. In Swifterbant zijn in de beginfase ook nogal wat handelsreizigers komen wonen, want je zat bijna meteen op de snelweg. [...]

We zitten tegen de Veluwe aan, en dat is beschermd gebied. Daar werd maar weinig gebouwd. Zodoende dat veel militairen hierheen kwamen. We hebben ook heel veel mensen gehad – misschien zijn ze er nog wel – die in Harderwijk in de aluminiumfabriek werkten. Er waren daar een aantal industrieën en die hadden mensen nodig. Die hadden geen huizen. Die kwamen dan in Biddinghuizen wonen.

Bron: Batavialand te Lelystad, project 50 jaar OFW, interview met Wim Revet, 2 oktober 2018. 

Alle rechten voorbehouden