Familieverbanden in Suriname

Evenals Nederland kende ook Suriname in de jaren veertig en vijftig grote gezinnen. De familiestructuren weken echter enigszins af van die in Nederland. Cecilia Rahimbaks vertelt.

De Saramaccastraat in Paramaribo, 1947

De Saramaccastraat in Paramaribo, 1947 (Nationaal Archief, Fotocollectie Van de Poll, CC-BY-SA).

Ik ben eigenlijk hartje Paramaribo geboren, aan de Saramacca Straat, dat is het verlengde van de Waterkant. Het einde van het erf grensde aan de Suriname Rivier. … Ik kom uit een gezin van tien kinderen. Mijn moeder had uit haar eerste huwelijk twee zonen. Daarna had ze een relatie met mijn vader en daaruit zijn acht kinderen geboren. We zijn in totaal met zes zusters en vier broers.… Mijn moeder had het ook niet breed, omdat mijn moeder – om maar zo te zeggen – ook eigenlijk een ‘buitenvrouw’ was van mijn vader, zeg maar tweede vrouw. Dat is een buitenechtelijke vrouw. Wij zijn buitenechtelijke kinderen.

Mijn moeder kwam ook uit een gezin van zo’n acht kinderen, maar mijn moeder had een hele goede relatie met haar broers en zussen. Wij hadden het ook niet breed, maar dan werd mijn moeder geholpen door haar zussen. Niet alleen wij, maar alle broers en zussen die kinderen hadden, hadden een hechte band. Dus wij hadden een beetje harmonie in de familie. Als de ene het niet had, dan ging de andere helpen. Dus wij hebben een redelijke jeugd gehad.…

Het huis van mijn ouders stond niet op een eigen erf. Zij huurde de woning. Wij zijn verschillende keren verhuisd maar wel altijd in Paramaribo gebleven. Maar als mijn moeder bijvoorbeeld geen geld had om de huur te betalen, dan gingen we weer een tijdje bij een tante of oom wonen en als zij dan weer geld had dan huurde ze weer een huis. Zo heb ik op verschillende plekken in Paramaribo gewoond.

Bron: Batavialand te Lelystad, Project Nederlanders – Wereldburgers, interview met Jules en Cecilia Rahimbaks op 22 januari 2013 te Lelystad.

Alle rechten voorbehouden