Perikelen met de wisselwoningen in Almere

"Haar benen zagen zwart van de vlooien"

1 geïnteresseerde

Martha Schneiders-Schagen gaf in de beginfase van Almere voorlichting over het wonen in de nieuwe stad. Zij en haar collega's werden door de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders gevraagd mee te werken aan een renovatieproject. De bewoners van de te renoveren huizen werden tijdelijk in andere woningen ondergebracht. Dat gaf soms gedoe.

Almere Haven, april 1979.

Almere Haven, april 1979. (foto J.U. Potuyt).

Alle rechten voorbehouden

We werkten met een team dames in de modelwoningen. Uit de contacten met de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders kwam toen de volgende vraag:

"Als we met de 'spaanplaatringvaart' hier gaan beginnen, zouden jullie daar ook aan mee willen werken?"

Die groep dames was eigenlijk heel erg op elkaar ingespeeld. We konden goed op elkaar rekenen. We hebben gezegd: dat willen we best doen.

Wat betekende dat precies? Er werden in Almere Haven een 800 woningen gebouwd met spaanplaat verwerkt in bijvoorbeeld de deuren, kastdeurtjes, keuken enzovoorts. Daar kwamen gezondheidsklachten uit voort en na een hele tijd is er een beslissing genomen: die woningen gaan we renoveren. Het stond er toen denk ik een jaar of vier, vijf. Daarvoor zijn 45 wisselwoningen ingericht, dus compleet, ook in Almere Haven. Nieuwe woningen of woningen die leeg kwamen, zijn ingericht door de dames met alle spullen die je nodig had: bestek, TV, stofzuiger, echt zoals je in een huis gewoon woont. Dat betekende dat 45 gezinnen om de drie weken uit hun bestaande huis moesten. Dat werd dan in de tussentijd gerenoveerd en zij trokken dan in de wisselwoningen.

De dames van de modelwoningen begeleidden dus die hele verhuizing. Ze keken of alles er was, welk gezin in welke woning moest komen. Dat hing natuurlijk ook af van het gezin. Na drie weken gingen die mensen er weer uit en dan moesten wij controleren: is het allemaal netjes achter gebleven, missen we bepaalde dingen? Dan kom je dus voor verrassingen te staan. Mensen die geweldig hun eigen huis schoon hielden, het zag er perfect uit, die dan in drie weken van een wisselwoning een puinhoop kunnen maken. En ook omgekeerd, dat je zegt:

"Dit huis dat drie weken bewoond is door een gezin, ziet er zo keurig uit. Zo netjes is het nog nooit geweest."

Hele leuke vragen kregen we ook van de mensen. Enthousiaste verhalen. Ook iedere keer toch problemen, want ze waren de sleutel kwijt van het huis. We hebben bijvoorbeeld een keer een ruit moeten inslaan, want niemand kon meer naar binnen.

We hebben periodes gehad, zeker ook na de bouwvakvakantie (ik denk dat die hele geschiedenis negen maanden à een jaar heeft geduurd) dat het eerste gezin er weer in ging. Gelukkig kwam eerst één van de dames van de modelwoningen de zaak controleren. Die stapt de voordeur binnen en meteen zagen haar benen zwart van de vlooien. We hebben echt wel regelmatig de gemeentereinigingsdienst er bij moeten halen, om zo'n huis helemaal schoon te laten spuiten.

Het waren enige tijden. We hebben hard moeten werken, maar ik heb er nog steeds een hele leuke band aan over gehouden met die negen dames.

Bron: Batavialand te Lelystad, Project Pioniers: eerste bewoners, interview met mevrouw Martha Schneiders-Schagen te Almere, 22 november 1995.

Alle rechten voorbehouden