Een corrigerende tik mag best

1 geïnteresseerde

Er is een subtiel verschil tussen de Surinaamse manier van opvoeden en de Nederlandse. Frida Blokland, die in Suriname was opgeleid tot lerares en zowel in Suriname als Nederland voor de klas heeft gestaan, vertelt hierover.

Eerste klas 1973-1974 van de openbare Havenschool in Zaandam

Eerste klas 1973-1974 van de openbare Havenschool in Zaandam met Frdia Blokland als onderwijzeres (bron Frida Blokland, Lelystad).

Alle rechten voorbehouden

Ik heb [van mijn kinderen] nooit klachten gehoord dat ze het op school moeilijk hebben gehad. Tegenwoordig hoor je zoveel geklaag over pesten op school, maar ik heb nooit een klacht gehad van mijn kinderen dat ze het niet prettig hadden op school. Ze vonden het juist leuk. Ik weet nog dat als ze thuis kwamen:

“Meester Jan heeft dat gezegd of meester Jan dat.”

Als er ouderbesprekingen waren dan gingen ze altijd met mij mee naar de ouderavonden. En dan zeiden ze altijd: “Hallo Jan!” of “Hallo Piet!” En dan zei ik:

“Nou, dat vind ik niet leuk zoals je dat zegt. Het is meester Jan of meester Piet. Het is toch niet jouw collega!” “Ja, maar mamma, hij vindt het niet erg.”

“Ik zou het niet leuk vinden,” zeg ik, “Die meester is toch niet jouw gelijke! Je moet gewoon zeggen ‘Meester Jan’, maar je mag niet zeggen ‘Dag Jan’, ‘Hallo Jan’, ‘Hoe gaat het met Jan?’.” Daar moest ik aan wennen toen mijn kinderen op de Arcus zaten. Dat heette vroeger De Brug.

Als ik zie hoe de kinderen nu op school met de leerkrachten omgaan, dan zeg ik:

“Nou, ik ben blij dat ik niet meer voor de klas hoef te staan!”

Want de mensen die nu voor de klas staan, hebben het wel zwaar, hoor! Ze hebben het echt zwaar, want ik weet dat toen wij thuis kwamen van school en bij mijn moeder of mijn vader gingen klagen: “De juffrouw heeft dat gedaan of de juffrouw heeft zo gedaan”. Dan zei mijn moeder:

“Nou, de juf zal het niet voor niets hebben gedaan, dan heb jij wel wat gedaan!”

Of je hield je mond en zei niets. Want als jij wat zei, dan kreeg je van mijn vader nog meer!

Als er ouderavonden waren, nou, dan durfde ik niet naar bed te gaan. Dan bleef ik net zo lang liggen, totdat mijn vader thuis was gekomen en wat hij aan mijn moeder zou vertellen wat hij op school over mij gehoord had. Want, dan kreeg je nog klappen erbij! Dat was bij ons gewoon: als je iets had gedaan, dan kreeg de juffrouw of de meester van de ouders toestemming:

“Juffrouw, als hij iets heeft gedaan, als niet geluisterd heeft, dan mag je hem er best een paar op de bil geven!”

Maar hier mag je een kind niet eens vastpakken, want dat kind gaat tegen zijn moeder klagen.

Bron: Batavialand te Lelystad, Project Nederlanders – Wereldburgers, interview met Frida Blokland op 16 november 2012 te Lelystad.

Alle rechten voorbehouden