Gert den Boef

Eén bezoeker één keer per dag: dat is het ergste van de corona

Gert den Boef is ouderenpastor in de Protestantse Kerk van Dronten. Hij vertelt hoe hard de strenge bezoekregels in coronatijd aankomen bij de ouderen die ziek worden.

people-3190629_640

Afbeelding van Sabine van Erp via Pixabay 

Vorige week hadden wij iemand die naar het ziekenhuis moest, maar degene die hem wegbracht, kwam niet verder dan de voordeur en daar moesten ze afscheid nemen. De patiënt ging naar binnen en het familielid mocht gelijk weer naar huis. Dat vind ik heel erg. En dan ook het niet kunnen bezoeken.

Ik heb nu hier iemand in het hospice liggen. Je mag maximaal zes namen doorgeven en die mensen mogen in de komende tijd dat jij nog leeft bij toerbeurt elke dag een half uur komen. Maar niet meer dan één per dag. Je zal vijf kinderen hebben, aangetrouwde kinderen, kleinkinderen. Het gaat om de veiligheid van de mensen in het hospice zelf en de vrijwilligers behoren heel vaak tot de risicogroep. Ik begrijp het, maar ik vind het ook schrijnend. Het is heel moeilijk. Vorige week had ik nog een mevrouw die inderdaad zei:

"Ik ga morgen het hospice in en, ja, ik moet nu afscheid nemen van de kleinkinderen."

Bij leven moet je dan afscheid nemen. Het heeft misschien wel mooie kanten, maar het heeft ook een hele verdrietige kant. Als je er niet mee te maken hebt, dan sta je daar niet bij stil. Zelfs in ziekenhuizen: één mag er maar komen, een half uurtje per dag, en ook daar zijn ze ook ontzettend bezorgd over de mensen die op bezoek gaan.

Bron: Project ‘Hoe gaat het met ons? Flevolanders in coronatijd’, interview met Gert den Boef op 1 december 2020 te Dronten. 

Alle rechten voorbehouden