Stobben uitgraven en compensatiegrond

In sommige kavels vonden Stan Steijaert en zijn collega’s oeroude stobben in de ondergrond. Wanneer de boeren wilden, konden ze die stobben zelf verwijderen. Ze werden, tijdelijk, gecompenseerd in grond.

Stobbenrooier

Oostelijk Flevoland, 14 oktober 1975. 3-tandsstobbenrooier. Eigen fabrikaat voor het rooien van stobben en wilgenopslag (foto J.U. Potuyt, collectie RIJP).

Alle rechten voorbehouden

Ja, ja, die stobben. Door één of andere werking die ik niet zo goed kan verklaren, komen die schijnbaar langzaam omhoog. En dat betekent dat, als die te hoog in het maaiveld kwamen, de boeren hun ploegen daar op kapot reden. Ze hadden een systeem om die stobben in de bovenste laag van zo’n 40, 50 cm te zoeken. Dan was er zo’n soort apparaat, een woeler met een goede breekbout er op. Die boeren mochten die stobben dan zelf opzoeken en iedere keer als er een breekbout brak op zo’n stobbe, werd er een piket bij gezet en dan konden ze later uitgegraven worden.

Ik heb die grote bulten met stobben van ouwe zeggen of eiken, of weet ik veel wat voor bomen daar toen gestaan hebben, wel zien liggen. En die boeren mochten ze dan zelf uitgraven als er even wat weinig geld was. Dat werd dan weer gelapt met compensatiegrond, met los land. Als je zo veel hectaren met stobben gezocht had, dan kreeg je zo veel hectare compensatieland. Dat was in ruime mate aanwezig, dus daar konden we veel mee oplossen.

Bron: Landschapsbeheer Flevoland. Interview met de heer C.A.P. Steijaert door Nico de Jong op 7 mei 2012.

Alle rechten voorbehouden