Amerikaanse Vliegende Forten waren niet mals

1 geïnteresseerde

Jan van Roeden zag eens een gevecht tussen een gewonde Amerikaanse bommenwerper en een Duitse jager die hem aanviel. Dat gevecht had een onverwachte afloop.

B-17

Een B-17 Flying Fortress met opgeschilderde pin-up (Batavialand, collectie G.J. Zwanenburg).

Alle rechten voorbehouden

Ik was op een middag in de tuin aan het spitten. Ik zag een bommenwerper heel laag aankomen. Die hoorde ik al ‘whoem whoem whoem’, heel zwaar. Ik denk: o jeetje, die zit in de knoei! Hij had kennelijk problemen met de motoren, want hij maakte een heel raar geluid. En daar zie ik boven die bommenwerper een Duits jachtvliegtuig. Dat dook daar recht op af en ik zie dat grote ding en ik hoor ‘takketakketak’ en die Duitser duikt bij IJsselmuiden zo de grond in. Alleen de staart zat nog maar boven de grond. En die bommenwerper ging weer ‘whoem whoem whoem’, zo verder. Die bommenwerper had die jager neergeschoten! Dat type had bovenin een koepel, onderin een koepel en in de neus en de staart een koepel. Die waren zwaarbewapend. Ze werden niet voor niets Vliegende Forten genoemd. Ja jongen, ik beleef het zo allemaal weer! Ik ben zelf wel eens in zo’n Vliegend Fort geweest. Ik heb er verschillende dingen uitgesloopt om als souvenir mee naar huis te nemen.

Bron: Batavialand te Lelystad, interview met Jan van Roeden, 19 maart 2014.

Alle rechten voorbehouden