In het hoge riet een baan uitzetten voor draglines

Rutger Kuiper vertelt:

dragline

Dragline aan het werk in het riet (Batavialand, collectie Land in Wording I).

Alle rechten voorbehouden

Ik kan me nog herinneren dat toen ik in de buurt van Elburg begon als assistent-landbouwkundig opzichter, de opzichter op de tweede of derde dag tegen mij zei: ‘Vooraan op die wegbaan staat een cat met een oranje kop. Daar moet een sloot komen. Achteraan op de tochtwal, een kilometer verderop, staat een lange paal met daarboven op een driehoek.’ Er moest dwars door dat riet worden gehakseld, zodat draglines daar een sloot konden graven. En hij zegt: ‘Je moet dat daar uitzetten met die lange palen van 2½ of drie meter met zo’n driehoek erboven op. Je neemt maar twee mensen mee en dan moet je in dat riet uitzetten.’

Nou, als je in het riet liep, dan zag je alleen maar groene bladeren en verder niets! Nou, herinnerde ik me uit mijn militaire dienst - ik had gediend bij de infanterie - dat we hadden geleerd om kompas te lopen zonder kompas, maar gewoon met je horloge. Als je de kleine wijzer in de richting van de zon houdt, dan weet je ongeveer in welke richting je moet lopen. Stel dat de kleine wijzer op twee van twee uur staat en je moet tien voor twaalf lopen in de richting die je wilt lopen, dan duurt het ongeveer een uur voordat die kleine wijzer op drie staat. Als je dat in de gaten houdt, dan heb je toch een beetje richting. Het hoefde ook niet in één strakke lijn, want de hakselaars moesten 35 meter breed hakselen. Dus er mocht best een klein slingertje inzitten. En zo hebben we hem uitgezet. Achter elkaar door het riet. Want je mocht niet alleen in het riet lopen, want als je verdwaalde dan vonden ze je nooit meer terug. Zo ging dat toen.

Bron: Batavialand te Lelystad, Project Geheugen van Flevoland, Interview met Rutger Kuiper, 13 maart 2008.

Alle rechten voorbehouden