"Het was wel een unieke periode"

Begindagen van de gemeentepolitiek in Zeewolde

Hilly Nieuwenhuis-Polling verhuisde in 1982 naar het buitengebied van Zeewolde, waar haar man een veebedrijf pachtte. Om bezigheden buitenshuis te hebben besloot ze in te gaan op een verzoek zich verkiesbaar te stellen voor de nieuwe gemeenteraad van Zeewolde.

PoelAkt.15-0533

Het honderdste lid van de judovereniging ontvangt een judopak uit handen van wethouder Hilly Nieuwenhuis, 1992 (collectie Zeewolde Aktueel).

Alle rechten voorbehouden

Het was al heel snel dat Henk gevraagd werd voor de kerk en voor Landbouwmaatschappij IJsselmeerpolders, omdat hij dat in Gorssel ook deed. En we hadden het geluk dat we stagiaires hadden, en een medewerker, dus hij kon ook weg.

Maar toen begon ik ook al een beetje te denken: “Wat ga ik doen?” Ik ben helemaal niet op zoek geweest. Maar toen moest ook de politiek hier natuurlijk gevormd worden, Nou, toen werd ik gevraagd: “Wil je op de lijst staan?” Ik dacht: “Nou ja, ik kan wel ja zeggen”. Ik hing er in Gorssel ook al een beetje tegenaan. Die gemeenteraad moest toch wat bemenst worden, dus daar heb ik mij voor opgegeven.

Dat was in het allereerste begin. Het was in 1984, toen is Zeewolde gemeente geworden. Daarvoor was het openbaar lichaam ‘Zuidelijke IJsselmeerpolders’, met Han Lammers als Landdrost. Zo heette het toen. […] Toen ben ik dus op de verkiezingslijst gekomen, toen moesten ze mensen hebben. Nou, toen ben ik in de gemeenteraad gekomen, dus dat begint dan. En ja, achteraf was het toch wel heel uniek dat dat op je weg komt. Waren we in Gorssel gebleven, dan had ik dit niet allemaal kunnen vertellen. Dus dat is wel weer het hele mooie ervaring.

Toen werd Harm Bruin Slot burgemeester, de eerste burgemeester hier in Zeewolde. Dat was toch mooi. Maar ze werkten samen met de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders, want die hadden nog hun opdracht om Zeewolde te helpen. Dus alle officiële gebouwen dat ging nog eigenlijk uit de pot van de Rijksdienst. Scholen en alles, het zwembad. We moesten toen, dat weet ik nog, de keuze maken tussen een gemeenschapsgebouw waar alles in zat of alles verspreid over het dorp. Toen hebben we gekozen voor verspreid over het dorp, om overal een punt te hebben waar wat gebeurde.  Nu zie je dat toch weer heel veel naar één punt trekt, gewoon vanuit economische handigheid. Dat is allemaal in die periode gebeurd. […]

Later ben ik dus wethouder geworden, nou, avond aan avond op het gemeentehuis. Allemaal met verenigingen. Voor zelfstandigheid, ze wilden zelf de broek op houden, dat is ook goed, Nou ja, waar doe je verstandig aan. Ik denk maar zo, toen dachten we dat het goed was dus daar moet je het dan maar bij laten, want dat weet je dan ook niet. Maar het was wel een hele unieke periode.

Bron: Landschapsbeheer Flevoland, interview van Jan Douma met Hilly Nieuwenhuis-Polling, 8 november 2019.

Alle rechten voorbehouden