De Oostvaardersplassen

1 geïnteresseerde

Ir. Gerrit Polman vertelt:

Oostvaardersplassen

Watergebieden in de Oostvaardersplassen, 1984 (Fotocollectie RIJP, Huizinga),

Alle rechten voorbehouden

Bij mijn weten ging de eerste notitie die wij hebben gemaakt over de inrichting van de Oostvaardersplassen over het deel van de Knardijk tot aan de eerste tocht. Dat was de eerste formele notitie over de mogelijkheid dit natuurgebied te behouden. Het ging dacht ik om 1.250 hectare. We deden het bijna in de broek toen we die notitie naar boven stuurden, want dit gebied was wel zo schofterig groot! Maar we zijn er niet op afgeschoten, laat ik het zo maar zeggen. Het is ook niet aangenomen.

Toen kwam in 1971 of 1972 bioloog Ernst Poorter bij de Rijksdienst en hij heeft er veel massa aan gegeven door te zeggen: "Het moet groter, die waterbeweging is heel belangrijk, want die brengt het slib heen en weer," en al dat soort verhalen. In feite moet je dus zeggen, dat Poorter de man is geweest die het materiaal heeft aangedragen voor een grotere Oostvaardersplassen.

In die tijd liepen de Oostvaardersplassen van de gemaal De Blocq van Kuffeler tot aan de Knardijk en die het hele strook tot waar nu de kade van de Oostvaardersplassen is. Dat was allemaal riet en dan reed je met de ratrac tot de rand van de plassen. Het zal midden jaren zeventig zijn geweest, toen ZZW begon met het graven van tochten. Toen die begon de plassen aan te snijden, is Poorter op zijn bekende manier helemaal door het lint gegaan. Dat is typisch Poorter. Hij heeft het gedaan gekregen dat de werkzaamheden van ZZW toen werden stopgezet.

Bron: Batavialand te Lelystad, Project Natuurbouw, Interview met Gerrit Polman, 31 augustus 2006.

Alle rechten voorbehouden